Onderzoek in het Jaar van de Scholekster in volle gang

Het broedseizoen van de Scholekster is nog volop bezig. Waar op sommige plekken de kuikens al rondlopen, beginnen op andere plekken paren nog aan hun eerste legsel. Tijdens het Jaar van de Scholekster volgen we de soortop verschillende manieren op de voet. Hoe staan de onderzoeksactiviteiten er inmiddels voor? Een update.

Scholeksters
Foto: Marcel van Kammen

Het gaat niet goed met de Scholekster in Nederland. In zowel het boerenland, langs de kust en in de stad heeft de soort te maken met bedreigingen. Daar is al veel onderzoek naar gedaan. Desondanks weten we nog weinig over de uitbreiding naar de stad en het broedsucces van de vogels. In het Jaar van de Scholekster doen we daar meer onderzoek naar.

Scholeksters worden steeds vaker in stedelijk gebied gezien. Ze broeden er op daken en foerageren op gazons of sportvelden. In tegenstelling tot in andere leefgebieden vergaat het de Scholeksters in stedelijk gebied redelijk goed. Blijkbaar is hier voldoende voedsel en veiligheid om voldoende jongen groot te kunnen brengen. In 2009 broedde ongeveer vier procent van alle Scholeksters op daken in dorpen en steden. Aangenomen wordt dat het er inmiddels meer zijn, maar hoeveel weten we niet precies. Met de telling Scholeksters in stedelijk gebied hopen we hier meer zicht op te krijgen. Inmiddels doen 80 vrijwilligers mee aan deze telling. Samen zijn zij goed voor 222 tellingen. Ook op tuintelling.nl hebben deelnemers tijdens een telweekend begin mei Scholeksters geteld.

De uitkomsten van de tellingen van Scholeksters in stedelijk gebied kunnen we later dit jaar naast de tellingen van broedvogels buiten de stad leggen. Zo kunnen we uitrekenen welk deel van de populatie in stedelijk gebied broedt.

Scholekster op dak
Scholeksters doen het in de stad relatief goed (foto: Geert de Vries)

Zicht op kuikenoverleving

Niet alleen de aantallen van stedelijke Scholeksters worden geteld, ook het nestsucces en de overleving van de kuikens worden dit jaar onderzocht. In stedelijk gebied krijgen we daar via Scholekster op het dak meer zicht op. Inmiddels zijn daar al meer dan 1050 meldingen gedaan. Ook in het boerenland zetten veel vrijwilligers zich in om het nestsucces van weidevogels te monitoren. Omdat scholeksterkuikens het nest verlaten als ze uit het ei komen, is het soms lastig om de overleving van de kuikens bij te houden. De jonge vogels bevinden zich al snel niet meer op de locatie van het nest. Daarom zijn  de invoermogelijkheden voor het doorgeven van nestgegevens Boerenlandvogelmonitor en de app AviNest aangepast.

Helpt de broedpaal?

Een manier om het nestsucces van Scholeksters te vergroten, kan zijn om een veilige nestgelegenheid aan te bieden. Dat kan bijvoorbeeld in de vorm van een broedpaal; een verhoogd platform met schelpen of kiezelstenen waar de Scholekster veilig kan broeden voor predatoren op de grond. Op verschillende plekken in Nederland staan deze palen al. Maar of ze de Scholeksters ook echt helpen, is nooit goed onderzocht. Een verhoogd platform zou het roofvogels immers ook makkelijker kunnen maken een ei of kuiken te verschalken. En als kuikens van het platform afkomen, zijn ze nog steeds kwetsbaar voor bijvoorbeeld vossen en marters.

Tijdens het Jaar van de Scholeksters worden 430 broedpalen gevolgd. Een deel van deze palen stond al in het veld. 367 palen zijn dit jaar neergezet, verspreid over Nederland (zie figuur hieronder). Vrijwilligers die de palen hebben geplaatst, houden nauwkeurig bij welke palen bezet worden door Scholeksters en wat er vervolgens met deze nesten gebeurt. Deze resultaten worden na afloop van het broedseizoen vergeleken met de gegevens van Scholeksters die niet op een broedpaal hebben gebroed.

Locaties van broedpalen in Nederland in 2023
Locaties van broedpalen in Nederland in 2023

Ringen aflezen

In het voorjaar waren we benieuwd waar geringde Scholeksters in het binnenland opdoken. Broeden de volwassen vogels nog steeds in het gebied waar ze zijn geringd? En waar hebben de Scholeksters die als jong zijn geringd zich gevestigd?. Een volgende vraag die zich aandient is waar de jonge vogels in hun eerste zomer verblijven. Terwijl de volwassen dieren na de winter terugkeren naar de broedgebieden, blijven de jonge vogels achter in de overwinteringsgebieden Waddenzee en Delta. Maar waar overzomert welk individu? Door het aflezen van pootringen krijgen we daar meer informatie over.

Als in de zomermaanden het broedseizoen eindigt, komen de tellingen van stadse Scholeksters en de onderzoeken naar broedsucces tot een einde. Op www.jaarvandescholekster.nl is een overzicht te vinden van alle onderzoeksactiviteiten.

Visitekaart

Marcel Wortel

Senior adviseur
Marcel Wortel
Wetenschapscommunicatie, persvoorlichting en woordvoering, coördinator thema Basiskwaliteit Natuur